Gedicht uit de bundel 'Zonder het licht te breken' (Uitgeverij Mammoet, 2020).
Amina Belôrf (1990) is maatschappelijk assistente en columniste. Ze schrijft poëzie en proza en debuteert in maart 2020 met deze dichtbundel. 'Zonder het licht te breken' omsluit tedere, breekbare poëzie over generatietranen, de paracommando’s in Antwerpen en een nummer zijn in een dossier op een bureau in een praktijk van een dokter in een ziekenhuis in een wijk in een straat. Maar ook over stilte als een deken, wuivende windmolens en de zucht naar vleugels.
Omhoog
Zou jij zien hoe ik nu op daken
en jij toen in mijnen afdaalde
dit land omarmde als een
tussenstopthuis
nu je ziel te rusten ligt
diep in de Atlas, Antwerpse straten
jouw passen missen, beklim ik
nog steeds daken, ontgin dromen
schep nieuwe hoop als steenkool
en stuur ze omhoog
het daglicht in.