Femke Vindevogel (1978) groeide op in Oost-Vlaanderen en woont nu in de buurt van Brugge. Ze publiceerde gedichten en verhalen in diverse literaire tijdschriften en bloemlezingen (o.a. Het Gezeefde Gedicht, de Poëziekrant, Tirade). In het voorjaar van 2019 verscheen haar debuutroman De Confituurwijk bij Uitgeverij Van Oorschot. Deze roman haalde de shortlist van de Bronzen Uil (debuutprijs) en won de de publieksprijs van de Boekhandels Confituurprijs.
RUZIE
ik stap uit mijn kamerjas
de ochtend binnen
in de straat schuifelt verkeer
het asfalt glanst
een sinaasappel wordt
voor mijn voeten overreden
en ik besef dat ook
fruit slechte dagen kent
ruitenwissers zwiepen
als haastige metronomen
regen tegen fietsers
ik wou dat ogen ook ruitenwissers hadden
dat de tijd zich keerde,
en zie
sap stroomt weer de sinaasappel in
het fruit rolt in een boodschappentas
en draagt zich naar de winkel
de kamerjas omhelst mijn lijf
ik ga achterwaarts de trap op
lakens kruipen naar mijn borst
scheuren dichten zich
lijm wordt opnieuw sterk,
houdt ons bij elkaar